Thaise kipsaté met pindasaus en nasi goreng met gehakt

Zet alle ingrediënten voor de Thaise kipsaté gereed. Kook 's-morgens al de rijst zodat deze kan afkoelen.

Meng alle ingrediënten voor de marinade en voeg daar 100 ml kokosmelk aan toe. Snijd de kip in blokjes. Meng deze door de marinade. Zet afgedekt met folie in de koelkast. Laat deze minimaal 2 uur marineren. Ik deed dit gelijk 's-morgens.

Zet alle ingrediënten voor de nasi goreng klaar. Pel de ui en de knoflook. Snijd de ui in halve ringen en snipper de knoflook. Snijd de rode peper over de lengte door en verwijder de zaden en de zaadlijsten. Snijd dan de peper fijn. Gebruik zoveel als je wilt afhankelijk hoe scherp je het gerecht wilt hebben.

Verhit de 2 el. olie in een wok en bak het gehakt rul. Voeg de ui toe en bak deze een minuut of 3 mee. Terwijl het gehakt staat te bakken haal de kip uit de koelkast en rijg deze aan de satéprikkers.

Voeg op het laatst de knoflook en de fijngesneden rode peper toe

Schuif de inhoud van de pan naar de zijkant. Giet een tl. olie op de vrijgekomen plek en bak hierin de trassi zodat deze kan oplossen. Meng de inhoud van de pan goed door elkaar en verkruimel het bouillonblokje over de inhoud van de pan.

Voeg de rijst, sojasaus en de ketjap manis toe en roer goed door elkaar. Bak de rijst een paar minuten mee.

Doe de ingrediënten van de satésaus in een steelpannetje en voeg daar de rest van de kokosmelk bij. Zet op niet al te hoog vuur. Indien de saus te dik is voeg dan nog een beetje water toe.

Bak ondertussen de satéstokjes in een grillpan.

Verdeel de nasi over de borden met de satéstokjes en de saus.